Vanuit Tel Aviv waar ons vliegtuig geland is, reizen we ’s avonds naar Jeruzalem. De oude ommuurde stad ziet er in het maanlicht indrukwekkend mooi uit. Het is gezellig druk in de smalle steegjes. Op weg naar ons hotel, gaan we op in de menigte. Hoe overweldigend voelt het om hier te zijn. Totdat onze blik getrokken wordt door een groepje militairen. En als je erop let, zie je ze ineens overal. Op bijna elke straathoek blijken militairen te staan. Zwaar bewapend met Kalasjnikovs. Met hun blik gericht op de menigte. Dat doet iets met je veiligheidsgevoel. Ik zie dat het jonge jongens en meiden zijn. De patrouilles blijken bij de opleiding te horen die álle jongeren van 16 tot 18 jaar in Israël volgen. Ongelofelijk. Het zijn gewoon nog kinderen, op wiens schouders de grote verantwoording rust om de orde te handhaven. In mijn verbeelding zie ik de jonge soldaten marcheren in het decor van de Passiespelen. Zou het ons lukken om zulke jonge figuranten hiervoor te vinden? En hoe verbijsterend zou het voor ons publiek zijn om kinderen van 16 met zulke zware wapens te zien. De werkelijkheid overstijgt soms de wildste fantasieën.